De Vlaamse Regering heeft recent haar plannen bekend gemaakt om de erfbelasting te hervormen. Deze hervorming heeft onder andere belangrijke gevolgen voor uw testament met duolegaat. Het is dan ook aan te raden uw huidig testament opnieuw onder de loep te nemen en eventueel aan te passen!

Hierna schetsen wij graag de contouren van de hervormde erfbelasting, waarvan de inwerkingtreding voorzien is op 1 september 2018:

1/ Nieuwe vrijstelling voor langstlevende partner en wezen jonger dan 21 jaar
De vrijstelling van de gezinswoning voor de langstlevende partner blijft behouden, maar deze zal in de toekomst tevens kunnen genieten van een bijkomende vrijstelling. Er wordt immers voorzien in een belastingvrij gedeelte van € 50.000 op het roerend vermogen. De langstlevende partner van een overledene die geen eigen gezinswoning bezat, zal onder de nieuwe regeling dus ook genieten van een vrijstelling in de erfbelasting.

Een kind dat nog geen 21 jaar is en beide ouders verliest, zal geen erfbelasting verschuldigd zijn bij overlijden van de langstlevende ouder op:
– de eerste schijf van € 75.000 aan roerende goederen;
– het verkregen aandeel in de woning van de erflater waar deze op dat moment gedomicilieerd was.

2/ Wijziging tarieven in de zijlijn
De Vlaamse regering opteerde tevens voor een verlaging en een vereenvoudiging van de tarieven voor verkrijgingen tussen broers en zussen en tussen anderen:

Huidige tarieven:                                                                               Nieuwe tarieven:

Om de belastingdruk in de zijlijn of tussen anderen enigszins te temperen, wordt in de praktijk vaak gebruik gemaakt van zgn. duolegaten. Er worden dan twee legaten opgenomen in het testament. Een eerste in het voordeel van bv. een vzw en een andere in het voordeel van degene die men eigenlijk wil bevoordelen (bv. een neef). Aan de vzw wordt in het testament tevens de last opgelegd om ook de door de neef verschuldigde erfbelasting te betalen. Het interessante van een duolegaat is dat een vzw slechts 8,5% successierechten betaalt, terwijl een neef tot 65% (of binnenkort tot 55%) moet afstaan. De vzw zal dus de erfbelasting op haar eigen legaat betalen aan het verlaagd tarief én de erfbelasting op het legaat aan neef. De neef krijgt een kleiner erfdeel, maar moet geen erfbelasting meer betalen en kan zo netto meer overhouden.

Het is van belang dat het legaat aan de vzw voldoende groot is zodat ook zij op nettobasis een zeker bedrag overhoudt, zoniet zal zij het legaat niet aanvaarden. Het vinden van een goed evenwicht tussen het legaat aan de eigenlijke begunstigden en het legaat aan de rechtspersoon is dan ook een absolute noodzaak om via een duolegaat een succesvolle planning uit te werken.

Gelet op de verlaging van de tarieven, is het mogelijk een groter erfdeel na te laten aan de neef, en dus een kleiner erfdeel aan de vzw, zonder dat de vzw hier nadeel bij leidt. Het is dan ook aan te raden om uw testament met duolegaat te herbekijken en een nieuw evenwicht te zoeken tussen de eigen familie en het goede doel.

Voorbeeld:
Luc heeft geen partner en geen kinderen en wenst zijn gehele vermogen (waarde € 1.000.000) na te laten aan zijn neef Rik. Indien Luc vóór 1 september 2018 komt te overlijden, zal Rik maar liefst € 630.000 erfbelasting verschuldigd zijn. Hij houdt aldus netto € 370.000 (37%) over.

Indien Luc evenwel € 450.0000 van zijn nalatenschap zou legateren aan een vzw met de last om de erfbelasting van Rik te betalen, houdt Rik netto € 550.000 (55%) over. De op het erfdeel van Rik verschuldigde erfbelasting (€ 337.500) wordt ten laste genomen door de vzw die tevens ook haar eigen verschuldigde erfbelasting (€ 39.600) dient te betalen. De vzw houdt in dat geval nog een steeds mooie som van € 72.900 over.

Indien Luc na 1 september 2018 zou komen te overlijden, zal de op het erfdeel van Rik verschuldigde erfbelasting € 288.000 bedragen. De vzw houdt in dat geval € 49.500 meer over, met name € 122.400. Luc wenst evenwel dat het erfdeel van Rik wordt verruimd. Hij kan overwegen zijn testament aan te passen en het brutolegaat aan de vzw te verminderen tot € 400.000. Bij later overlijden van Luc, zal Rik € 600.000 (60%) netto overhouden en de vzw, na betaling van alle erfbelasting, € 49.300.

3/ Gedeeltelijke erfenissprong wordt mogelijk
Op vandaag kan u reeds een nalatenschap verwerpen in het voordeel van uw kinderen. Door de nalatenschap te verwerpen, treden zij immers in uw plaats.

Deze vrijwillige erfenissprong is echter een ‘alles of niets’-verhaal. Het is niet mogelijk om slechts een gedeelte van de nalatenschap te verwerpen (omdat u bv. bepaalde goederen toch nog wenst te verkrijgen). In vele gevallen zal dit de erfenissprong in de weg staan.

Door de hervorming van de erfbelasting wordt nu ook een gedeeltelijke erfenissprong mogelijk gemaakt. Indien voldaan is aan bepaalde voorwaarden, heeft u als erfgenaam de mogelijkheid om binnen het jaar na het openvallen van de nalatenschap een deel van het geërfde vermogen of van eigen goederen met dezelfde waarde belastingvrij door te schenken aan uw kinderen. De erfenissprong vertaalt zich dus in een nieuwe vrijstelling van schenkbelasting, niet van erfbelasting.

De vrijstelling van de schenkbelasting met betrekking tot onroerende goederen kan enkel verleend worden indien deze in hun totaliteit tot het geërfde vermogen behoorden of indien u als erfgenaam reeds onverdeeld mede-eigenaar was of een beperkt zakelijk recht op een deel of op het geheel bezat. De vrijstelling kan dus niet verleend worden in de mate deze betrekking heeft op onroerende goederen die volledig vreemd zijn aan de nalatenschap.

 

Inge Veldeman
Expert Estate Planning