Op 1 december jl. heeft de federale ministerraad de krachtlijnen van een hervormd huwelijksvermogensrecht goedgekeurd. Gelet op de maatschappelijke ontwikkelingen en nieuwe samenlevingsvormen was een aanpassing van het huwelijksvermogensrecht geen overbodige luxe. De sleutelbegrippen die bij deze hervorming centraal staan zijn: (meer) duidelijkheid, solidariteit tussen de echtgenoten en rechtszekerheid.

Krachtlijnen van het nieuwe huwelijksvermogensrecht

Het is nog wachten op een concreet wetsvoorstel, maar op basis van de presentatie die werd gegeven op de ministerraad, filteren we  o.a. volgende wijzigingen:

  • Er komt meer duidelijkheid over welke goederen in het wettelijk stelsel eigen of gemeenschappelijk zijn.
    • Aan wie behoort het vermogen toe dat in een levensverzekering wordt opgebouwd? Deze vraag zal in het hervormde recht duidelijk worden beantwoord door te voorzien in een regeling voor elke situatie (bij uitkering tijdens het huwelijk, bij ontbinding door scheiding en bij ontbinding door overlijden). Tevens wordt bepaald dat schade- en arbeidsongevallenvergoedingen in bepaalde gevallen, in tegenstelling tot vandaag, tot het gemeenschappelijk vermogen behoren.
    • Inkomsten uit eigen goederen behoren tot het gemeenschappelijk vermogen. Dividenden afkomstig van een vennootschap waarvan de aandelen tot het eigen vermogen van een van de echtgenoten behoren, vallen dus in de huwgemeenschap. Maar indien de winst niet via een dividend wordt uitgekeerd, maar wordt ‘opgepot’ in de vennootschap, brengt dit een waardevermeerdering van de eigen aandelen met zich mee. In tegenstelling tot wanneer er dividenden worden uitgekeerd, kan de andere echtgenoot niet genieten van deze waardevermeerdering. Dit wordt veelal als onbillijk ervaren. In het hervormde recht zal het evenwel niet meer mogelijk zijn deze ‘inkomsten’ voor zichzelf te houden door ze in de vennootschap op te potten. De echtgenoot aan wie de eigen aandelen toebehoren zal bij echtscheiding steeds een vergoeding verschuldigd zijn aan zijn/haar echtgenoot.
    • Wat betreft de beroepsgoederen van een van de echtgenoten, zal er in het hervormde recht een onderscheid worden gemaakt tussen het eigendomsrecht en de vermogenswaarde. In het huidige recht behoren beroepsgoederen (bv. het materiaal van een bakker die onder een eenmanszaak werkt) tot het eigen vermogen van de echtgenoot die het beroep uitoefent. Indien deze beroepsgoederen werden aangekocht met gemeenschapsgelden, zal er bij echtscheiding een vergoeding verschuldigd zijn aan het gemeenschappelijk vermogen. Deze vergoeding is gelijk aan de oorspronkelijke aankoopwaarde, hoewel de waarde van deze beroepsgoederen vaak reeds gedaald is door gebruik.In het hervormde recht zullen deze beroepsgoederen eigen blijven, maar de vermogenswaarde zal tijdens het huwelijk gemeenschappelijk zijn. Bij echtscheiding zal de echtgenoot zijn eigen beroepsgoederen kunnen behouden, maar zullen deze worden aangerekend in het gemeenschappelijk vermogen en dit aan hun actuele waarde.
  • Naast de 3 bestaande stelsels (wettelijk stelsel, gemeenschapsstelsel met huwelijkscontract en scheiding van goederen), komt er een vierde huwelijksstelsel bij: scheiding van goederen met verrekening van aanwinsten. In het huwelijkscontract spreken de (aanstaande) echtgenoten af hoeveel procent de andere krijgt van zijn/haar aanwinsten (niet alleen beroepsinkomsten, maar ook inkomsten uit eigen goederen) bij echtscheiding. De wet stelt een 50/50-verhouding voor, maar deze is niet dwingend.
  • Ongehuwde samenwoners zullen bij de aankoop van een onroerend goed de mogelijkheid hebben om in de aankoopakte te vermelden dat zij een ‘anticipatieve inbreng’ wensen te doen, voor het geval ze ooit huwen. Dit betekent dat bij een later huwelijk het aangekochte goed automatisch tot de huwgemeenschap zal behoren, zonder dat de echtgenoten hiervoor nogmaals dienen langs te gaan bij de notaris. Zodoende worden deze extra notariskosten uitgespaard.
  • Wie wenst te huwen met scheiding van goederen, kan in zijn huwelijkscontract voorzien dat bij echtscheiding een rechterlijke billijkheidscorrectie kan worden gevorderd. Op basis van deze clausule in het huwelijkscontract heeft de financieel zwakkere echtgenoot (bv. de echtgenoot die zijn/haar carrière on hold heeft gezet voor het gezin) bij echtscheiding de mogelijkheid om tot maximaal 1/3de van de inkomsten van de ex-partner te vorderen (na aftrek van de eigen aanwinsten). De rechter zal deze correctie evenwel enkel toepassen indien er sprake is van ‘onvoorziene omstandigheden die leiden tot een manifeste onbillijkheid’.
  • In het huidige recht erft de langstlevende echtgenoot samen met de eigen familie van de overleden echtgenoot, indien deze kinderloos komt te overlijden. De eigen goederen van de overleden echtgenoot komen nl. voor het vruchtgebruik toe aan de langstlevende echtgenoot en voor de blote eigendom aan de eigen familie van de overledene. In het hervormde recht wordt ook solidariteit na het overlijden van de echtgenoot beoogd en zal het niet meer mogelijk zijn dat verre familie (ooms, tantes, neven en nichten) een deel van de nalatenschap opeist. De langstlevende verkrijgt in dat geval de volle eigendom van het eigen vermogen van de overleden echtgenoot.

Save the date: 1 september 2018

Het wetsvoorstel tot hervorming van het huwelijksvermogensrecht dient nog voor advies te worden voorgelegd aan de Raad van State. De bedoeling is dat de hervorming van het huwelijksvermogensrecht op hetzelfde tijdstip in werking zal treden als de hervorming van het erfrecht, namelijk op 1 september 2018.

Ook heeft Vlaams minister van Financiën Bart Tommelein aangegeven de hoge tarieven in de erfbelasting (vooral tussen broers en zussen en tussen anderen) te willen aanpakken. Minister Tommelein deelde recent mee dat er volop gewerkt wordt aan een nieuwe manier om deze erfbelasting te berekenen, een manier die de belastingdruk moet ‘matigen’. Ook hier is de streefdatum 1 september 2018, zodat de hervorming van de erfbelasting op hetzelfde ogenblik van kracht zal zijn als de hervorming van het erfrecht.

Er staan belangrijke veranderingen voor de deur. Wij houden de vinger aan de pols en begeleiden u graag met kennis van zaken doorheen het wijzigende juridische en fiscale landschap.

Inge Veldeman
Expert Estate Planning