5 tips voor een successieplanning met zorgkinderen

Een kind met een mentale of zware fysieke beperking of met een psychische kwetsbaarheid vraagt levenslang bijzondere aandacht. De meeste ouders staan hier elke dag voor in en doen dit met hart en ziel. Maar wat als u, als ouder, niet langer in staat bent om deze zorg op u te nemen? Wat dient er te gebeuren na uw overlijden? Het doel van een successieplanning met een zorgkind gaat veel verder  dan het louter besparen van erfbelasting. Het voorziet ook in de zorg, de begeleiding en de bescherming van uw kind. Hoe dit best gebeurt, hangt af van uw persoonlijke wensen en bezorgdheden, de aard van de beperking, uw vermogen, etc..

Wij geven u alvast enkele nuttige tips mee.

Vermijd onverdeeldheden

Heeft u meerdere kinderen, dan zullen zij, volgens de wettelijke regels, elk een gelijk deel van uw vermogen erven in onverdeeldheid. Elk kind erft een stukje van alles. Voor het erfrecht zijn alle kinderen gelijk, het houdt geen rekening met de specifieke noden van sommige kinderen. Een dergelijke onverdeeldheid is niet altijd wenselijk en kan een belemmering vormen om nog ten volle over het vermogen te beschikken. Belangrijke beslissingen, zoals de verkoop of verdeling van een onroerend goed, zullen immers de goedkeuring van uw zorgkind nodig hebben of zelfs de tussenkomst van de vrederechter noodzakelijk maken indien uw zorgkind onder bewind zou staan.

U kan hierop anticiperen door in uw testament zelf te bepalen hoe u uw nalatenschap wenst te verdelen.  Dit kan u vooraf in overleg met uw kinderen bespreken. Zo zou u kunnen voorzien dat het erfdeel van uw zorgkind bij voorrang dient opgevuld te worden met spaargelden, beleggingen en andere roerende waarden en zou u de onroerende goederen kunnen nalaten aan de andere kinderen.

Het erfdeel van uw zorgkind beperken of uitbreiden?

Uw kinderen erven, volgens het wettelijk erfrecht, elk een gelijk deel van uw nalatenschap. Afhankelijk van uw concrete situatie kan het echter wenselijk zijn om meer of minder vermogen na te laten aan uw zorgkind dan aan uw andere kinderen.

Kinderen met een beperking hebben vaak weinig extra uitgaven en kosten buiten hun levensonderhoud. Het eventuele verblijf in een instelling, evenals medische en andere verzorging wordt (vaak grotendeels) door de overheid betaald. Een zorgkind zal op het moment van zijn overlijden vaak een vermogen nalaten dat geërfd wordt door zijn broers/zussen of neven/nichten aan hoge tarieven in de erfbelasting. Omwille van deze redenen kan het wenselijker zijn om meer vermogen na te laten aan uw andere kinderen dan aan uw zorgkind.

Door het opmaken van een testament of door het verrichten van schenkingen tijdens uw leven, kan u afwijken van de gelijke verdeling waarin de wet voorziet. Hierbij moet u wel rekening houden met het minimum erfdeel waarop elk kind recht heeft (dit is de zogenaamde “reserve”). De reserve bedraagt steeds de helft van uw nalatenschap, ongeacht het aantal kinderen. Over de andere helft kan u volledig vrij beschikken. Heeft u bijvoorbeeld twee kinderen, dan heeft elk kind recht op minstens 25% van uw nalatenschap.

Voorzie een restlegaat in uw testament

Een zorgkind heeft vaak zelf geen kinderen. Op het moment van zijn overlijden komt zijn nalatenschap dan ook dikwijls toe aan de broer(s) en/of zus(sen).

Op de vererving tussen broers en zussen is het hoogste tarief van 55% erfbelasting van toepassing van zodra een broer of zus meer verkrijgt dan € 75.000. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen roerende en onroerende goederen zodat men snel in de hoogste schijf van 55% terecht komt.

Om deze hoge fiscale factuur te vermijden kan u als ouder een testament opmaken waarin u bepaalt dat hetgeen uw zorgkind van u erft, bij zijn later overlijden moet toekomen aan uw andere kinderen (dit is een zogenaamd “restlegaat”). Uw andere kinderen zijn dan erfbelasting verschuldigd op hetgeen zij verkrijgen bij het overlijden van uw zorgkind aan de (gunstigere) tarieven die gelden in rechte lijn (tussen ouders en kinderen). Dit kan hen een aanzienlijke besparing aan erfbelasting opleveren.

Een restlegaat kan tevens interessant indien u zou willen vermijden dat het vermogen dat uw zorgkind van u heeft geërfd, na diens overlijden terechtkomt bij uw familie. Zo kan u bijvoorbeeld een goed doel of andere personen die begaan zijn met uw zorgkind, als tweede begunstigde van uw vermogen aanduiden.

Vermijd het risico op het verlies van tegemoetkomingen

Personen met een beperking hebben vaak recht op een inkomensvervangende tegemoetkoming (IVT) en een integratietegemoetkoming (IT) vanwege de overheid. Het bedrag hiervan wordt bepaald op basis van de gezinssituatie en het inkomen opgenomen in de aangifte in de personenbelasting.

Wanneer het inkomen van uw zorgkind een bepaalde grens overschrijdt, kan dit aanleiding geven tot een vermindering of zelfs verlies van zijn tegemoetkomingen. Dit inkomen kan ook afkomstig zijn uit onroerende goederen die uw zorgkind van u erft. Het is dus aangewezen om ook hiermee rekening te houden in uw successieplanning.

Om te vermijden dat uw zorgkind tegemoetkomingen zou verliezen is het aangewezen dat hij geen onroerend goed erft, behalve indien het dienst zou doen als gezinswoning. Het onroerend inkomen (K.I.) van de gezinswoning is namelijk vrijgesteld van aangifte in de personenbelasting.

Maak gebruik van een controle -en zorgstructuur

Het is voor een kind met een beperking of psychische kwetsbaarheid niet evident om te beschikken over het vermogen dat hij heeft geërfd. Vaak heeft het kind geen besef van de waarde van het geld of is hij gemakkelijk beïnvloedbaar en niet in staat om dit verstandig te beheren. Daarom kan het interessant zijn om het vermogen dat u wil bestemmen voor uw zorgkind af te zonderen in een apart controlevehikel om van daaruit de zorg voor uw kind te organiseren en tegelijkertijd de overdracht van dit vermogen te optimaliseren.

Door te werken met een controlestructuur zoals de maatschap of een stichting kan u de zorg voor uw kind veilig stellen na uw overlijden en het beheer van zijn vermogen toevertrouwen aan personen die hiertoe beter in staat zijn dan uw zorgkind. Dit kunnen bijvoorbeeld uw andere kinderen zijn, eventueel samen met een vertrouwenspersoon door u aan te duiden.

Deze tips zijn slechts een eerste aanzet tot het nadenken over een successieplanning met een zorgkind. Wil u weten welke strategie het best bij uw situatie past, neem dan vrijblijvend contact met ons op.  Lemon Consult is gespecialiseerd in de problematiek van zorgkinderen en zal u hierin graag begeleiden.

Dana Vandaele
Expert familiale planning